Is het nou hij wilt of hij wil? Wij leggen het je duidelijk uit

Is het nou hij wilt of hij wil? Wij leggen het je duidelijk uit

Twijfel je tussen 'hij wilt' en 'hij wil'?

Veel mensen twijfelen of je moet zeggen 'hij wil' of 'hij wilt'. Hoewel beide vormen vaak gebruikt worden in gesprekken en op social media, is er maar één vorm correct volgens de Nederlandse taalregels. In dit artikel leggen we uit wat de juiste vorm is en waarom dat zo is.

Wat is de correcte vorm?

De correcte vorm is 'hij wil'. De vorm 'hij wilt' is fout. Dit geldt ook voor andere vormen zoals: 'zij wil', 'jij wil' of 'het wil'. Je schrijft dus nooit een 't' achter 'wil' bij de derde persoon enkelvoud.

Waarom is het 'hij wil' en niet 'hij wilt'?

In het Nederlands veranderen werkwoorden afhankelijk van de persoon die het uitvoert. Bij reguliere werkwoorden komt er in de derde persoon enkelvoud vaak een 't' bij. Denk aan 'hij maakt' of 'zij loopt'. Maar 'willen' is een onregelmatig werkwoord, en bij deze groep geldt de standaardregel niet altijd. Voor 'willen' gebruik je bij de eerste persoon enkelvoud 'ik wil', en bij de derde persoon enkelvoud ook 'hij wil'. Een extra 't' is dus niet nodig, en zelfs fout.

Hoe zit het met 'je wil' of 'je wilt'?

In het geval van 'je' mogen beide vormen, afhankelijk van of 'je' als onderwerp of als persoonlijke voornaamwoord wordt gebruikt:

1. Wanneer 'je' het onderwerp is, mogen beide vormen: 'je wil' en 'je wilt'. Beide zijn correct.
2. Als 'je' als lijdend voorwerp wordt gebruikt, dan schrijf je alleen 'wil'. Bijvoorbeeld: 'Wil je koffie?' Hier is 'je' niet het onderwerp.

Veelvoorkomende fouten en verwarring

De fout ontstaat vaak omdat mensen gewend zijn aan werkwoorden waarbij er in de derde persoon enkelvoud een 't' achter komt. Daardoor voelt 'hij wilt' logischer aan dan 'hij wil'. Ook taalgebruik op informele kanalen zoals WhatsApp en social media zorgt ervoor dat de fout zich blijft verspreiden. Toch is het belangrijk om de regels van het Nederlands te volgen, vooral bij formele communicatie.

Samenvatting van de taalkwestie

Je zegt en schrijft dus: 'hij wil', niet 'hij wilt'. Let extra goed op bij het gebruik van vergelijkbare werkwoordsvormen. De Nederlandse taal kent veel onregelmatigheden, maar door ze goed te leren voorkom je onnodige fouten. Als je twijfelt in de toekomst, denk dan terug aan dit artikel en weet: 'hij wil' is de juiste vorm.